Over het algemeen is het aan te raden om zonnepanelen door vakmannen te laten installeren, maar dit is geen verplichting. Als je handig bent of gewoon graag de uitdaging aangaat kan je ze ook zelf installeren. Hoe pak je dat aan?
Wat heb je nodig
Met alleen een zonnepaneel kun je niet zoveel. Wat je nodig zult hebben:
- Zonnepanelen: Deze platen zetten zonnestralen om in aparte energie
- Installatiemateriaal: De zonnepanelen moeten stevig gemonteerd worden zodat ze in weer en wind vast zullen zitten. Voor veel daken zal het een bepaalde rails of schroeven zijn.
- Omvormer: Dit kastje zet de energie vanuit de zonnepalen in stroom die wij daadwerkelijk kunnen gebruiken.
- Juiste bekabeling: Aan zo’n omvormer zit niet zomaar een stekker, je zult het met precies de juiste kabels aan moeten sluiten in de meterkast.
In de meeste zonnepaneelpakketten zullen deze elementen aanwezig zijn. Toch moet je altijd even checken wat je krijgt. Vooral het installatiemateriaal en de omvormer zijn niet altijd even universeel en moeten precies op jouw woning passen.
Hoe doe je het
- De juiste plaats voor de panelen: Ten eerste moet je een goede plek voor de panelen vinden. Vaak zal dit op het dak zijn, maar daar moet je ook goed letten op de schaduwval die er plaats kan vinden. Schaduw heeft directe invloed op hoeveel stroom je opwekt. De richting is ook belangrijk, kies degene waarbij het paneel zo lang mogelijk in de zon staat.
- Een vrije groep in de meterkast: Je zult een nieuwe groep in de meterkast moeten hebben om de panelen aan te sluiten. Voor de veiligheid huur je hier een expert voor in.
- Afstand tussen paneel en omvormer: Je wilt dat het pad tussen de paneel en de omvormer zo kort mogelijk is. Zo heb je het minste kans op stroomverlies. Neem dit mee met de plek waar je het paneel neer gaat zetten.
- Terugdraaiende elektriciteitsmeter: Hiermee zorg je dat de elektriciteit die je niet gebruikt niet gewoon verdwijnt, maar naar een stroomleverancier terug kan gaan. Dit zal jouw stroomkosten verminderen.
